Wij spelen toneel en de wereld beweegt.


31-01 tot 09-01

Daar gaan we. De voorstellingsweek in. De laatste week in. Publiek, feest en afscheid wacht op ons.
De kindjes wachten ook op ons. Wanneer we zondagochtend vroeg hebben afgesproken om op de eerste plek te gaan spelen, een kerk in Handumanan, is er niemand. Vreemd. Dat ze een slecht besef van tijd hebben was ons wel al duidelijk maar dit draagt toch wel een groot belang met zich mee en dan zijn ze over het algemeen te vertrouwen. Willen ze toch niet? Hebben we iets niet gemerkt?
Dangka is ook, als altijd, laat maar verteld dan dat ze die nacht allemaal om 4 uur ‘s nachts al voor haar huis stonden!
‘Tita Dangka! Tita! Ze zijn er niet.. er is niemand in de kerk, ze zijn te laat!'.
Ja, wanneer je daarna weer gaat slapen ben je natuurlijk nooit ‘per ongeluk' op tijd wakker om 07.30.
Gelukkig zijn ze snel bij elkaar.
De zaal is veel en veel te groot voor onze kleine straatratjes maar ze doen hun uiterste best en wij zijn oppertrots. Diezelfde dag spelen we ook in Cameroli Church, de kerk waar we altijd repeteren en waarvan we vaak voelen dat onze vieze kindjes wel door god maar niet door het kerkpersoneel geliefd worden. Best spannend.
‘Perfect! Perfect! That was perfect!' roept Dangka euforisch nadat de presentatie is afgelopen. Het publiek is geraakt en zelfs het kerkpersoneel verliest iets van haar stijfheid.
Het is heerlijk om te spelen, erkent te worden, de hele dag samen te zijn en van plek naar plek te reizen in een gehuurde jeepny. Het voelt alsof we op tour zijn en nooit zullen stoppen met rijden.
Rij maar, rij maar door!

Maandag hebben we performance in de Felisa basisschool, een mooi kans om met onze kinderen voor kinderen te spelen.
Moeder natuur steekt er een stokje voor, of beter, een schokje voor.
Narhea en ik zijn die ochtend niet samen vanwege praktische regeldingen. Ik doe de boodschappen voor de performance dagen, het afscheids kinder en grotemensenfeestje, en sta in een hele grote mall wanneer ik me draaierig voel worden. En nog een keer.
Het lijkt wel alsof de vloer beweegt. Er valt iets uit een schap. Er komt iemand naar me toe gerent. Ik draai me om. Iedereen rent de winkel uit. Muren knarsen. Grote lampen zwiepen boven mijn hoofd heen en weer. Ik heb geen idee wat er gebeurt. Iedereen rent naar buiten. Is het buiten veilig? Ik ren. Waar is Narhea? Zou ze dit ook voelen? Wat gebeurt er? Is het alleen de supermarkt? Nee, dat kan niet. Of? De grond onder mijn voeten is onveilig, ze zwiept traag heen en weer als een logge veerpont. Buiten loop ik snel naar een punt waar ik de zee kan zien. Die is er nog. Oke, geen tsunami nu. Mijn boodschappen en spullen staan nog binnen. Wat was dat?
Wanneer de aarde weer stil staat lijkt de tijd terug te draaien en voor een paar minuten handelt iedereen alsof er niets gebeurt is. Ik loop naar binnen om mijn boodschappen op te halen , de caissières gaan achter hun kassa's zitten, ik maak een praatje met de vrouw voor mij in de rij en dan zakt de realiteit. De mall wordt gesloten, iedereen grijpt naar zijn telefoon, mensen beginnen te huilen.
Een aardbeving. 6.8 op de schaal van 10. Ik denk aan de kindjes, waar zijn ze? Narhea? Grace, Dangka? Alle bamboe huisjes van mensen die ik lief heb en aan Nederland. Aan mensen en de wereld. Wat zijn we klein en arrogant, we denken zo veel te kunnen, zo veel te weten, de macht te hebben. Maar de aarde laat een boertje en we staan machteloos.

Wanneer ik in de kerk aankom komen de kinderen al op me afgerend ‘Chris! Chris Earthquake!! Where is Narhea? Are you ok?'. Gelukkig, ze zijn ongedeerd!
Alleen Parker is er niet en uit de gebaren en lossen woorden begrijp ik dat hij ook niet thuis geslapen heeft en ook niet op school was. Dat beloofd niet veel goeds.
Dan belt Grace om te vertellen dat alle scholen vrij zijn vanwege de verwachtte naschok, heel erg jammer.
Na wat heen en weer gebel weten we te organiseren dat ze niet vandaag maar morgen toch mogen spelen en zelfs onder schooltijd. Dat is heel fijn. Geen voorstelling vandaag dus, wel samen eten en die momenten van samen zijn zijn fijn. Samen, dichtbij en vasthouden op deze bewogen reis.
De naschok en het afgeroepen tsunami alarm vallen gelukkig reuze mee. Maar spannend is het wel.

De laatste speeldag spelen we op twee plekken, de ochtend in Felisa, de middag in Uno-R.
Wij zijn een uur te vroeg gekomen om nog wat dingen te regelen en alle kindjes zijn er al! Parker is er ook. Goddank. Zijn verhaal doet me huilen. In een opwelling heeft zijn vader gister zijn keel bijna te dicht geknepen (dat is te zien) waarna hij is weggelopen. Ik word er woest van. Wie heeft het recht dit jongetje zo hard te maken? Zo te beschadigen? Maak mijn mannetje niet kapot! Maar het enige wat ik kan doen is blij zijn dat hij er is en zich laat aanraken. Dat hij zijn net opgeschoren haar (waardoor ik ook zie dat hij met een naald een gat in zijn oor heeft geprikt dat is gaan ontsteken) laat aaien, zijn ogen sluit en weg doezelt op mijn schoot. Slaap maar ventje, en hou alsjeblieft heel veel van jezelf.

De ochtend performance in Felisa is een kleine ramp, de middag performance in Uno-R (een prive universiteit) een klein wonder.
In Felisa zijn ze ongeconcentreerd, krijgen we ze niet bij elkaar en gaan ze zelfs ruziën met de schoolkinderen. Grace is voor het eten zorgen en zonder vertaler is er geen beginnen aan.
Terug in de jeepny zakt de energie en een voor een vallen ze in slaap. Ken wordt zwaarder en zwaarder op mijn schoot, ik doe ook mijn ogen dicht. Dan voel ik dat Makoy mijn hand pakt, op Ken gaat liggen en mijn hand over zijn schouders heen op zijn hart legt. Makoy, onze lijmsnuiver en vechter, die we weg hebben gestuurd omdat hij echt onhandelbaar was. Tegen lijm kan je niet praten. Maar hij is teruggekomen, 180 graden omgeslagen en doet mee. Grace kijkt met grote ogen en ik voel ook dat het heel bijzonder is wat hier gebeurd. Ik knijp in zijn hand en hij knijpt terug. Woordeloos.

Die middag zijn we ook samen, we eten, slapen en dansen in de regen. We spelen klapspelletjes tot Mac Grey (ons ‘special child' van 17 jaar) het geheel tot een stop roept en verontwaardigd zijn handen komt laten zien die rood zijn van het vele klappen.

Dan vertrekken we naar Uno-R. We spelen op een echt groot podium. Met lampen. De laatste keer.
Ogen worden groot en er is volop aandacht en geduld. Dit is belangrijk. Ze willen stralen, trots zijn en ons trots maken. En dat doen ze. Allemachtig prachtig! Ja ja ja!
Uno-R ontvangt ons met open armen en een heel voorbereidt programma. Het publiek is vol lof en aandacht. Mooie studenten meisjes lopen weg met onze straatschoffies die daardoor meters groeien waar we bij staan. Ik ben ze heel erg dankbaar. Wat een mooie afsluiting.

We speculeren over de optie om 1 tot 3 kinderen een nacht mee naar huis te nemen, een nacht warm en veilig te bieden. Ik zou niets liever willen maar hak uiteindelijk de knoop door het niet te doen. 3 kinderen meenemen betekend namelijk 11 kinderen niet meenemen en dat zou niet eerlijk zijn. Die nacht geeft ze niets vergeleken met de gift van het samen zijn. De groep wordt steeds hechter en hechter. Natuurlijk zwaaien ze regelmatig hun slipper naar elkaar maar ze gaan ook voor elkaar door het vuur. Samen zijn ze goud. Samen staan ze sterk.
Ik hoop dat dat is wat we achter laten. Een sterk samen en zorgen voor elkaar.Maandag hebben we performance in de Felisa basisschool, een mooi kans om met onze kinderen voor kinderen te spelen.
Moeder natuur steekt er een stokje voor, of beter, een schokje voor.
Narhea en ik zijn die ochtend niet samen vanwege praktische regeldingen. Ik doe de boodschappen voor de performance dagen, het afscheidskinder engrotemensenfeestje, en sta in een hele grote mall wanneer ik me draaierig voel worden.
En nog een keer. Het lijkt wel alsof de vloer beweegt. Er valt iets uit een schap. Er komt iemand naar me toe gerent. Ik draai me om. Iedereen rent de winkel uit. Muren knarsen. Grote lampen zwiepen boven mijn hoofd heen en weer. Ik heb geen idee wat er gebeurt. Iedereen rent naar buiten. Is het buiten veilig? Ik ren. Waar is Narhea? Zou ze dit ook voelen? Wat gebeurt er? Is het alleen de supermarkt? Nee, dat kan niet. Of? De grond onder mijn voeten is onveilig, zwiept traag heen en weer als een logge veerpontBuiten loop ik snel naar een punt dat ik de zee kan zien, die is er nog, ok, geen tsunami nu. Mijn boodschappen en spullen staan nog binnen. Wat was dat?
Wanneer de aarde weer stil staat lijkt de tijd terug te draaien en voor een paar minuten handelt iedereen alsof er niets gebeurt is. Ik loop naar binnen om mijn boodschappen op te halen (de domste beslissing van mijn leven?vraag ik me af), de caissières gaan achter hun kassa's zitten, ik maak een praatje met de vrouw voor mij in de rij en dan zakt de realiteit. De mall wordt gesloten, iedereen grijpt naar zijn telefoon, mensen beginnen te huilen.
Een aardbeving. 6.8 op de schaal van 10. Ik denk aan de kindjes, waar zijn ze? Narhea? Grace, Dangka? Alle bamboe huisjes van mensen die ik lief heb en aan Nederland. Wat zijn we klein en arrogant, we denken zo veel te kunnen, zo veel te weten, de macht te hebben. Maar de aarde laat een boertje en we staan machteloos.

Wanneer ik in de kerk aankom komen de kinderen al op me afgerend ‘Chris! Chris Earthquake!! Where is Narhea? Are you ok?' Alleen Parker is er niet en uit de gebaren en lossen woorden begrijp ik dat hij ook niet thuis geslapen heeft en ook niet op school was. Dat beloofd niet veel goeds. Dan belt Grace om te vertellen dat alle scholen vrij zijn vanwege de verwachtte naschok, heel erg jammer.
Na wat heen en weer gebel weten we te organiseren dat ze niet vandaag maar morgen toch mogen spelen en zelfs onder schooltijd. Dat is heel fijn.
Geen voorstelling vandaag dus, wel samen eten en die momenten van samen zijn zijn fijn. Samen, dichtbij en vasthouden op deze bewogen reis.
De naschok en het afgeroepen tsunami alarm vallen gelukkig reuze mee. Maar spannend is het wel.

De laatste speeldag spelen we op twee plekken, de ochtend in Felisa, de middag in Uno-R.
Wij zijn een uur te vroeg gekomen om nog wat dingen te regelen en alle kindjes zijn er al! Parker is er ook. Goddank. Zijn verhaal doet me huilen. In een opwelling heeft zijn vader gister zijn keel bijna te dicht geknepen (dat is te zien) waarna hij is weggelopen. Ik word er woest van. Wie heeft het recht dit jongetje zo hard te maken? Zo te beschadigen? Maak mijn mannetje niet kapot! Maar het enige wat ik kan doen is blij zijn dat hij er is en zich laat aanraken. Dat hij zijn net opgeschoren haar (waardoor ik ook zie dat hij met een naald een gat in zijn oor heeft geprikt dat is gaan ontsteken) laat aaien, zijn ogen sluit en weg doezelt op mijn schoot. Slaap maar ventje, en hou alsjeblieft heel veel van jezelf.

De ochtend performance in Felisa is een kleine ramp, de middag performance in Uno-R (een prive universiteit) een klein wonder.

In Felisa zijn ze ongeconcentreerd, krijgen we ze niet bij elkaar en gaan ze zelfs ruziën met de schoolkinderen. Grace is voor het eten zorgen en zonder vertaler is er geen beginnen aan.
Terug in de jeepny zakt de energie en een voor een vallen ze in slaap. Ken wordt zwaarder en zwaarder op mijn schoot, ik doe ook mijn ogen dicht. Dan voel ik dat Makoy mijn hand pakt, op Ken gaat liggen en mijn hand over zijn schouders heen op zijn hart legt. Makoy, onze lijmsnuiver en vechter, die we weg hebben gestuurd omdat hij echt onhandelbaar was. Tegen lijm kan je niet praten. Maar hij is teruggekomen, 180 graden omgeslagen en doet mee. Grace kijkt met grote ogen en ik voel ook dat het heel bijzonder is wat hier gebeurd. Ik knijp in zijn hand en hij knijpt terug. Woordeloos.

Die middag zijn we ook samen, we eten, slapen en dansen in de regen. We spelen klapspelletjes tot Mac Grey (ons ‘special child' van 17 jaar) het geheel tot een stop roept en verontwaardigd zijn handen komt laten zien die rood zijn van het vele klappen.

Dan vertrekken we naar Uno-R. We spelen op een echt groot podium. Met lampen. De laatste keer.
Ogen worden groot en er is volop aandacht en geduld. Dit is belangrijk. Ze willen stralen, trots zijn en ons trots maken. En dat doen ze. Allemachtig prachtig.
Uno-R ontvangt ons met open armen en een heel voorbereidt programma. Het publiek is vol lof en aandacht. Mooie studenten meisjes lopen weg met onze straatschoffies die daardoor meters groeien waar we bij staan. Ik ben ze heel erg dankbaar. Wat een mooie afsluiting.

We speculeren over de optie om 1 tot 3 kinderen een nacht mee naar huis te nemen, een nacht warm en veilig te bieden. Ik zou niets liever willen maar hak uiteindelijk de knoop door het niet te doen. 3 kinderen meenemen betekend namelijk 11 kinderen niet meenemen en dat zou niet eerlijk zijn. Die nacht geeft ze niets vergeleken met de gift van het samen zijn. De groep wordt steeds hechter en hechter. Natuurlijk zwaaien ze regelmatig hun slipper naar elkaar maar ze gaan ook voor elkaar door het vuur. Samen zijn ze goud. Samen staan ze sterk.
Ik hoop dat dat is wat we achter laten. Een sterk samen en zorgen voor elkaar.

Reacties

Reacties

Annemiek

Ik zie deze nu pas, maar was al deels op de hoogte door het verhaal van Narhea. Mooi geschreven en trots op jullie performance! x

Celina

Beste Webmaster, Ik heb uw website bezocht en vond het erg handig zijn content.I u uit te nodigen voor een link uitwisseling (3-way link) naar onze site (s).

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!